Nadat vorige week STATBEL, het Belgisch statistiekbureau, haar inflatieberekening van augustus afklopte op 4,16%, vrijwel stabiel ten opzichte van de maand juli, komt vandaag, zoals aangekondigd, het federaal planbureau met de inflatievooruitzichten van het indexcijfer der consumptieprijzen op de proppen.
Op basis van die maandvooruitzichten zou de gemiddelde jaarinflatie in 2023 op 4,4% en in 2024 op 4,1% uitkomen, tegenover 9,59% in 2022 en 2,44% in 2021.
Zoals u weet, wordt de ‘gezondheidsindex’ onder meer gebruikt bij de berekening van de indexering van lonen en sociale uitkeringen. Aangezien de looncomponent een betekenisvol onderdeel uitmaakt van het budget van de lokale besturen, kijk ik altijd met een nieuwsgierige blik uit naar de prognose van het planbureau.
Concreet vertalen de maandvooruitzichten in de groeivoet van de 'gezondheidsindex' zich als volgt:
- De spilindex zal deze maand (september) al overschreden worden en dat in tegenstelling tot een eerdere prognose die uitkwam op een overschrijding in november 2023. Dit wil zeggen dat de lonen vanaf november 2023, twee maanden eerder dus, zullen worden aangepast aan de gestegen levensduurte.
- De daaropvolgende overschrijding van de spilindex, eerder voorzien in maart 2024, zou ook één maand eerder plaatsvinden, namelijk in februari 2024.
- Tot slot wordt er nog een derde aanpassing van de lonen verwacht en deze wijkt nog veel meer af van de initiële voorspelling en dit met maar liefst 6 maanden. Een overschrijding in juni 2024 in plaats van in december 2024.
Vanaf vandaag tot en met eind 2024 zal de spilindex met de daaraan gekoppelde loonkost ten laste van de budgetten van de lokale besturen, volgens de meest recente voorspellingen van het planbureau, gecumuleerd, maar liefst 9 maanden eerder overschreden worden dan voorzien aan het begin van de zomervakantie. Op die manier wordt er al een belangrijke voorafname gedaan op de (schaarse) beschikbare kredieten tijdens het verkiezingsjaar 2024.